opleveren.11 Beide organisaties hebben aangegeven dat dit niet de verwachting is.
Op basis van deze reacties en zoals gemeld in de Kamerbrief van 29 september jl.
heeft ook het kabinet niet de verwachting dat een aanvullend onderzoek nieuwe
informatie zal opleveren. Wel is uw Kamer in de gelegenheid gesteld nog
openstaande vragen te stellen die vervolgens door het Ministerie van Buitenlandse
Zaken via diplomatieke kanalen kunnen worden doorgeleid aan de desbetreffende
autoriteiten.
Documenten vertrouwelijk ter inzage
In het kader van deze brief heeft IenW een verzoek tot openbaarmaking gedaan
aan de ECAC van de 142e ECAC DGCA vergadering (summary of decisions) van 6
mei 2014. De ECAC is akkoord gegaan met de vertrouwelijke inzage aan Uw
Kamer van de paragrafen die over het betreffende luchtruim van Oekraïne gaan
(paragrafen 17 en 18) in geanonimiseerde vorm. Dit stuk is als bijlage bij deze
brief, net als het persoonlijke verslag, ter vertrouwelijke inzage aan uw Kamer
aangeboden.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
Ferd Grapperhaus
TK Bijlage Reactie Onderzoeksraad op berichtgeving RTL Nieuws betreffende luchtruim Oekraïne
https://www.rijksoverheid.nl/documenten … m-oekraine
Onderwerp Berichtgeving RTL 25 september 2021 mbt luchtruim Oekraïne
Geachte mevrouw Visser,
Naar aanleiding van berichtgeving van RTL Nieuws van 25 september 2021 inzake de veiligheid van
het luchtruim boven Oekraïne in 2014 heeft u gevraagd of deze informatie bekend was bij de
Onderzoeksraad voor Veiligheid.
Hierover kan ik u het volgende melden. De situatie die in de documenten beschreven staat was bij de
Onderzoeksraad bekend. In het eindrapport MH17 Crash wordt in hoofdstuk 5.2. (inclusief
voetnoten 64 t/m 66) verwezen naar de gebeurtenissen, waarbij is aangegeven dat de beschreven
situatie specifiek over de Krim gaat. Ook de State Letter van ICAO van 2 april en het EASA Safety
Information Bulletin van 3 april 2014 gaan specifiek over De Krim (Simferopol FIR).
Concluderend: de situatie die het hier betreft had betrekking op de Krim en de Zwarte Zee; deze
informatie was destijds al bij de Onderzoeksraad bekend en het betreft hier derhalve geen nieuwe
informatie.
Ik vertrouw er op u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Hoogachtend,
Ir. J.R.V.A. Dijsselbloem
voorzitter